Als vormgever word je meestal gevraagd door een regisseur. Hij heeft je werk ergens gezien en dan ga je op gesprek, of je gaat zelf na afspraak met je map naar een regisseur wiens werk je aansprak.
In het begin van een loopbaan ligt het laatste voor de hand en zo ging het dan ook met een regisseur wiens werk ik bewonderde. De acteur die van video hield en mij hielp met het inhangen van deuren (zie Terugblikken 3) speelde mee in een voorstelling van hem: Comedie. Het was snel, grappig, intelligente poppenkast over het toneelmaken zelf. Door de regisseur ook geschreven.
Zo wil ik ook toneelmaken, dacht ik, of, in mijn geval, meewerken aan het zó toneelmaken. Ik maakte de afspraak en ging met mijn map op gesprek. De regisseur was vriendelijk met zwarte pretoogjes, een bos wild haar en knap. Hij heette Frans. Wij praatten wat, verlegen, en hij keek naar mijn map.
‘Ik wil graag een keer met je werken’, zei hij.
Het werkt toch, zo’n portfolio, dacht ik verguld. Veel jaren later, we hadden inmiddels heel veel producties samen gemaakt, kwam die eerste ontmoeting nog eens ter sprake.
‘Ik heb eigenlijk toen nooit naar je tekeningen gekeken’, zei hij een tikkeltje beschaamd. ’Ik had mijn bril niet op, maar dat was helemaal niet erg, want ik was zo vereerd dat iemand mij koos om mee samen te werken, dat ik het om die reden alleen al aandurfde.
We hebben er hartelijk om gelachen.
Die eerste samenwerking was wel een lastige vuurdoop en ik dacht toen -eens maar nooit weer-, maar een jaar later kwamen we elkaar weer eens tegen op een feestje (ja bij die acteur die…..) en spraken af het toch nog eens te proberen. En toen heeft de samenwerking zeventien jaar voortgeduurd.
Ik maakte in die tijd af en toe portretjes van mensen in mijn omgeving. ‘Mijn sterren op het doek’, zeg maar.
Hieronder een portret (naar een foto, van wie kan ik niet meer achterhalen) van regisseur Frans Strijards. Zonder bril!